Van Buiten naar Binnen
Nauwkeurig observeren van lichaamstaal. Het effect van lichaamshouding op het gemoed. Verplaatsen in de ander
Hoe
Maak drietallen; A, B, C. Alle drietallen gaan tegelijkertijd, verspreid over de ruimte, aan het werk.
A en B gaan met de ruggen naar elkaar zitten. A neemt een sterk emotioneel geladen gebeurtenis in gedachten en neemt de lichaamshouding aan die daarbij hoorde. C probeert B in precies dezelfde houding te zetten. Hij mag daarbij zowel zijn handen als tekst gebruiken, zolang hij maar geen emoties benoemt; ‘je mondhoeken naar beneden, en je wenkbrauwen lager’ mag hij als instructie geven, ‘boos kijken’ mag niet. Doe het gezicht als laatste.
Als C klaar is, vraagt hij B om te gaan praten vanuit die houding: ‘wat roept die houding bij je op, waar denk je aan, hoe voel je je’? De kans is groot dat dit aansluit bij wat A in gedachten geeft; A geeft daar uitsluitsel over.
Loop rond en assisteer. Let er op of C de houding in voldoende detail ‘overzet’ op B: de stand van de voeten, de spierspanning, de gewichtsverdeling, de stand van de kin, enz. Al die zaken waar deelnemers niet snel aan denken.
Nabespreken op
- Wat roept de houding bij je op en waar merk je dat aan, waar zit dat in je lijf?
- Hoe was het om observaties om te zetten in concrete instructies, zonder daarbij te mogen interpreteren?
- Hoeveel details werden opgepakt en overgedragen aan B? Welke niet?
Varianten
- Bij deelnemers die slecht op hun gemak zijn kan de acteur een emotie vormgeven
- De acteur kan minder voor de handliggende varianten uitbeelden
- Deze oefening kan ook ingezet worden om te oefenen met status-houdingen