Mindset II
Ervaar de kracht van gedachtes en overtuigingen
Hoe
Onderbreek het rollenspel en geef de deelnemer een aanwijzing die iets met zijn mindset doet, b.v.: 'Stel je voor dat de persoon met wie je het gesprek voert, je beste vriend is. Voer het gesprek nu eens met hem in gedachten'. Of, andersom: 'Stel je voor dat dit je puberzoon is; hoe zou je het gesprek met hem voeren'? De kans is groot dat het gesprek vervolgens heel anders verloopt.
Wanneer
- als een deelnemer het gesprek voert vanuit sterke aannames en oordelen over z’n gesprekspartner ('hij is gewoon een dwarsligger', of 'hij is een volwassen man en dus reken ik erop dat hij z’n verantwoordelijkheid neemt')
- als een deelnemer het gesprek voert vanuit een belemmerende rolopvatting ("ik moet streng zijn en laten zien dat ik de baas ben").