Het Loopje
Bewust worden van je eigen lichaamstaal. Goed observeren. Energiek werken met non-verbale communicatie.
Hoe
Leg uit: we gaan elkaar lekker gechargeerd nadoen.
Vraag een vrijwilliger (A) om voor de groep rond te lopen. De rest observeert. Als iemand (B) weet wat het loopje van A kenmerkt, gaat hij achter A lopen en doet hem zo precies mogelijk na; help hem daarbij. Let op: A mag niet achterom kijken! Nadat ze even lopen gaat C achter B lopen en vergroot het loopje van B uit. Daarna sluit D achter C aan en vergroot het loopje verder uit. Inmiddels is het lekker karikaturaal.
Laat B en C er tussenuit stappen: D loopt achter A. Laat dan A uitstappen en toekijken terwijl D rondloopt. Bespreek eerst met A na, dan met de anderen.
Herhaal dit met andere vrijwilligers.
Nabespreken op
- Wat valt je op?
- Herken je jezelf?
- Wat voor indruk maakt dit loopje? Waar komt dat door?
Bron: Lisette van Oosterhout
Tags bij deze werkvorm:
