Hoe
Ga met de deelnemers in een kring staan. Klap in een duidelijk ritme in je handen. De tijd die tussen de klappen zit, bepaalt het ritme. Doe het even voor en geef dan de klap door aan je buurman. Die geeft de klap in hetzelfde ritme door aan zijn buurman, die hem weer doorgeeft aan de zijne, etc. De klap moet dus in hetzelfde ritme de kring rond gaan. Dit is moeilijker dan het lijkt.
Doe een paar rondjes totdat de klap mooi rondgaat. Daarna kun je het ritme veranderen; doe het steeds eerst even voor, zodat iedereen het nieuwe ritme doorheeft.
Varianten
- je mag de klap doorgeven, je mag hem ook terugkaatsen, waarmee de klaprichting verandert
- je mag de klap doorgeven, je mag hem terugkaatsen of je mag hem doorgeven aan iemand aan de overkant van de cirkel; noem daarbij zijn naam