Skip to main content

De Kat is Dood

Contact maken in 6 stappen

Hoe

Vertel de deelnemers met veel gevoel het volgende verhaaltje: "Stel je voor, jij hebt een dochtertje van 6, Emma. Emma heeft een poesje, Vlekkie, waar ze dol op is. Als je op een ochtend naar je werk gaat, zie je Vlekkie dood op straat liggen, overreden door een auto. Je vertelt Emma het slechte nieuws. Ze is ontroostbaar en jij en je partner hebben het er ook moeilijk mee. Samen begraven jullie Vlekkie liefdevol in de tuin en brengen Emma naar school, waar de juf zich over haar ontfermt. Daarna ga je naar je werk.
Je stapt zo je kantoor binnen, dat je deelt met Rene (= acteur). Je bent vol van je verhaal en wilt dat delen. Als Rene niet reageert zoals jij wilt, zeg je ‘stop’ en geef je hem één tip."

De oefening gaat in 6 (of meer) stappen. Doe iedere stap met een andere deelnemer.

Acteursinstructie.

Maak een papiertje met het telefoonnummer van een klant.

Stap 1:

Als deelnemer (A) binnenkomt en aan zijn verhaal begint, reageer je niet. Je bent druk aan het werk en kijkt hem niet aan. Na een paar zinnen stop je A eek het briefje toe met het verzoek om meneer J. te bellen. Als A ‘stop’ zegt, vraag je naar de reden en om één tip. Let op dat de tip concreet gedrag betreft. Waarschijnlijk zegt hij dat je hem aan moet kijken.

Stap 2:

Als B begint, kijk je hem aan, verder niets. Vervolgens steek je hem het briefje toe. Als B ‘stop’ zegt, vraag je wat je fout deed; “Ik heb je toch aangekeken?” Waarschijnlijk krijg je nu de opdracht om te hummen en te knikken. Vat samen wat je tot nu toe aan tips gekregen hebt: "Ok, ik ga je dus aankijken en knikken en hummen". 

Stap 3:

Kijk C aan, hum en knik; verder niets. Ook C zal stop zeggen. Vraag wat er nog bij moet; waarschijnlijk vraagt C je om vragen te stellen, of om meer mimiek te gebruiken.

Stap 4:

Kijk D aan, knik, hum en stel puur feitelijke vragen: "Hoe ver van de stoeprand lag Vlekkie precies? Hoe diep is het grafje?", etc. Als D jou stopt, zeg je: "Ik stel toch vragen?" D zal zeggen dat die vragen niet relevant zijn: “Ik heb emoties heb en die wil ik vertellen”. Vraag wat je concreet moet doen.

Stap 5:

Ga in op de emoties van E, maar ga er mee aan de haal: maak ze groter, begin over je eigen hond die dood is, etc. Natuurlijk stopt E; "je moet afstemmen op mijn emoties en je eigen verhaal buiten beschouwing laten".

Stap 6:

Probeer alle tips goed uit te voeren. Kijk F aan, hum, knik, stel wat feitelijke vragen, maar besteedt ook aandacht aan de onderliggende emoties, etc. Pas als F zijn verhaal kwijt is, vraag je of hij vandaag kan werken. Zo ja: kom alsnog met het briefje en vraag hem of hij de klant wil bellen…..

Bespreek ook wat je moet doen met jouw belang, namelijk zorgen dat die klant gebeld wordt. 

Hierboven staan 6 stappen, maar het kunnen er ook 7 of 8 worden.

TOT SLOT: vraag de deelnemers wat ze de acteur allemaal hebben zien doen. Zet dat op een flap; daarmee heb je veel, zo niet alle, ingrediënten van contact maken.  
 

Bron: Johann Glaubitz


Tags bij deze werkvorm:

Categorie:
Tijd:
Groepsgrootte:
Teams:

Vragen?

Ons team staat voor je klaar!

020-422 1323
UP